Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Op weg naar het einde

De zon scheen uitbundig op deze vrijdagmiddag in september. Eigenlijk net wat té uitbundig. De deelnemers aan de wekelijkse gespreksgroep van de dagbesteding voor jonge mensen met dementie van De Luwte zaten geenszins in een gesprekshouding. Ze hingen in de stoel. Ook de gespreksleider was overduidelijk aangedaan door de hitte.  
Foto: Vincent Boon
https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs12428-023-1604-z/MediaObjects/12428_2023_1604_Fig1_HTML.jpg
Agaath probeerde het gesprek toch op gang te brengen. ‘Ze leggen alweer in de winkels. Pepernoten. Speculaaspoppen. Marsepein. Suikergoed. Terwijl wij hier zitten. En de spreeuwen dood van het dak vallen.’ De toonzetting liet zich het best samenvatten als ‘licht verontwaardigd’. Henk sloeg de rechterhand voor de ogen en schudde mismoedig het hoofd. Om daar zachtjes aan toe te voegen: ‘Ze liggen in de winkel, Agaath. Niet leggen. En het zijn mussen die dood van het dak vallen. Geen spreeuwen.’ Ik was de enige aanwezige die de nuancering opviel. Bram haalde slechts de schouders op. ‘Dat is al jaren zo’, bracht hij in. ‘Flessen met bisschopswijn liggen ook alweer in de schappen. Is het ooit anders geweest?’ Het was duidelijk: Bram zou een ingezonden brief naar de krant achterwege laten. Met een ‘godverdomme’ en ‘het is toch allemaal niet meer normaal’ probeerde Anja toch nog enige verontwaardiging in het gesprek te brengen. Maar haar poging strandde.
Karel probeerde het gesprek een meer algemene wending te geven: ‘Toch is het allemaal raar. Alsof ik me nu alweer moet gaan verheugen op Sinterklaas. Ik vind het een feest voor kinderen. En trouwens: ik verheug me helemaal nergens meer op. Ik heb dementie. Ik ben op weg naar het einde.’ ‘Zijn er voor jou geen dingen meer van waarde?’, probeerde ik. ‘Steeds minder’, vond Karel. ‘Ik kan steeds minder.’ Ik zocht naar een belevingsgericht antwoord, maar via Agaath deed de Goedheiligman alweer zijn intrede. ‘Ik doe er niet aan mee. Ik koop ijsjes met warm weer. Geen suikergoed en marsepein. Dat vind ik gekkigheid.’ De rest van het gezelschap vond er ongetwijfeld het zijne van, maar het gesproken woord stokte.

Op het moment dat de stilte pijnlijk dreigde te worden, stak receptioniste Karen haar vrolijke hoofd om de hoek. ‘We zitten boven de 25 graden, dus het hitteprotocol geldt weer. Een lekker raketje voor iedereen, wie biedt?’ Eenieder, zo bleek. We sloten de dag in stilte af, likkend aan onze ijsjes. In het licht van de zon, maar onvermijdelijk op weg naar donkerder tijden.

Job van Amerongen werkt als GGZ-verpleegkundige voor Stichting Brentano in Amstelveen en als flexkracht voor de dagbesteding voor jonge mensen met dementie van de Zonnehuisgroep, locatie De Luwte, in dezelfde gemeente. Reacties: j.vanamerongen@brentano.nl

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.